Een kijkje op koffertests

Bij het ontwerpen van nieuwe koffertypes worden er vaak hoge eisen gesteld aan de prestaties van de koffers. We bekijken een aantal tests die (voorgangers van) koffers hebben moeten doorstaan om op de markt te komen.

De koffertypen die voor het publiek verkrijgbaar zijn, hebben vaak rigoureuze producttests ondergaan, waarbij je haast medelijden zou krijgen voor de koffer. Hoewel niet elke fabrikant even helder is over zijn kwaliteitscontroles, kunnen we wel een aardig beeld schetsen bij wat Samsonite koffers moeten doorstaan. Zo gebruiken ze daar onder andere een ‘valtest’ waarbij de koffer 25 maal achter elkaar 0,6m (of 1,2 meter) naar beneden valt.  Vaak worden zulke tests gedaan bij koude temperaturen (-12 graden Celsius  om de temperatuur op vliegtuigen te simuleren.  Om het product op sterkte te testen, gebruikt men de zogenaamde ‘tumble test’, wat eigenlijk neerkomt op een soort gigantische wasmachine waar de koffer wordt ingegooid. In plaats van kleren gebruikt men echter metaal en houten objecten. De koffer wordt vervolgens in 50 maal op ruwe wijze heen en weer gegooid op hoge snelheid. Daarnaast worden onderdeeltjes ook grondig getest, zo worden de sluiters en ritsen getest door ze tussen de 5.000 en 15.000 maal te openen en te sluiten.  Overige tests zijn een rit van 32 km overleven en het 3.500 keer trekken aan de hendel bij een geladen koffer. Mocht de koffer deze lijdensweg overleven dan pas wordt hij mogelijk op de markt gebracht! Check voor dit proces het onderstaande (Engelse) filmpje.

Niet elk aspect van de kwaliteitscontrole is echter per se zo destructief. Bij Rimowa kijken ze bijvoorbeeld nog steeds handmatig naar elk van de circa 200 losse onderdeeltjes en gebeuren veel assemblageprocessen ook nog handmatig. Zo’n behandeling doet je wellicht meer denken aan productie van topmerk sportauto’s dan koffers!

Wat vind jij van dit soort tests? Merk je dat het werkt, of heb je slechte ervaringen gehad ondanks al deze moeite? We horen je verhalen graag!